Met de invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning per 1 januari 2007 wordt steeds duidelijker dat spelers verschillende benaderingen en interpretaties aan de uitvoering van de wet geven.
Er is daardoor behoefte ontstaan aan inzicht in de manier waarop gemeenten of maatschappelijke instellingen de Wmo in de praktijk uitvoeren.
Manou van Eerten en co-auteurs Bert Slagmolen en Shirine Moerkerken hebben daarom de variëteit aan opvattingen en betekenisgeving aan deze wet onderzocht.
Deze praktijkstudie biedt tevens handreikingen om te komen tot gevarieerde oplossingen voor zorg, wonen en welzijn.
De volgende onderwerpen komen aan de orde:
Hoofdstuk 5 beschrijft een praktijkervaring van Shirine Moerkerken.
Mijn vriendin wilde het uitmaken met mij.
Zij stuurde mij een officieel document van een dergelijke strekking.
Ik bestudeerde dat document zorgvuldig en zag dat het een vormfout bevatte.
Ik maakte mijn vriendin op de vormfout in het document attent.
Zij gaf mij tandenknarsend gelijk en wij zijn nog steeds samen, gelukkig.